1.1.De procedure blijkt uit:
-
de dagvaarding van 20 januari 2023 met 18 producties;
-
de akte overlegging producties van 9 februari 2023 van mr. het Lam met productie 19;
-
de akte overlegging producties van 14 februari 2023 van mr. Schurink met de producties 1 tot en met 3;
-
de mondelinge behandeling op 16 februari 2023;
-
de pleitaantekeningen van Zonnepark Woudbloem;
-
de spreekaantekeningen van Enexis.
1.2.Ten slotte is vonnis bepaald op 10 maart; partijen is nadien bericht dat deze datum in verband met ziekte niet kon worden gehaald en dat de datum voor het vonnis nader is bepaald op heden.
2.1.Zonnepark Woudbloem is (aanvankelijk, vóór haar oprichting in januari 2021, via haar moedermaatschappij LC Energy B.V.) sedert 2018 bezig met het ontwikkelen van een zonnepark voor het opwekken van zonne-energie aan de Kooiweg te Slochteren in de provincie Groningen.
2.2.Enexis is een netbeheerder in de zin van artikel 10 lid 9 van de Elektriciteitswet 1998 (hierna: E-wet) in – onder meer – de provincie Groningen. Zij is in die hoedanigheid verantwoordelijk voor de aansluiting en transport van elektriciteit op het door haar beheerde netwerk.
2.3.Als regionaal netbeheerder is Enexis verantwoordelijk voor het middenspanningsnet (MS) en het laagspanningsnet (LS) in haar verzorgingsgebieden. TenneT TSO B.V. is de landelijk beheerder van het hoogspanningsnet (HS). Het MS-net van Enexis is aangesloten op het HS-net van TenneT. Deze verbinding tussen het HS-net en het MS-net wordt aangeduid als het koppelpunt. TenneT bepaalt, als beheerder van het HS-net, de grenzen van de capaciteit op het koppelpunt. Deze grenswaarden worden uitgedrukt in mega-volt-ampère (MVA).
2.4.Ten behoeve van het nog te bouwen zonnepark heeft Zonnepark Woudbloem Enexis verzocht om een aansluiting van 30 MVA op het HS/MS Station Kropswolde (koppelstation) met een bijbehorende transportcapaciteit voor invoeding van 30 MVA.
2.5.Aanvankelijk heeft Enexis dit geweigerd en Zonnepark Woudbloem medegedeeld dat zij geen transportcapaciteit kan bieden op Station Kropswolde omdat sprake is van fysieke congestie en dat ook via congestiemanagement geen capaciteit op korte termijn kon worden vrijgemaakt om haar transportaanvraag te honoreren.
2.6.Zonnepark Woudbloem heeft hierop Enexis in kort geding gedagvaard en – onder andere – gevorderd dat Enexis een aanbod doet voor transport van 30 MVA transportcapaciteit voor invoeding van elektriciteit ten behoeve van Zonnepark Woudbloem op het door Enexis beheerde onderstation Kropswolde.
2.7.Bij vonnis van 15 juli 2022n heeft de voorzieningenrechter van deze rechtbank de vordering toegewezen en Enexis veroordeeld om aan Zonnepark Woudbloem een aanbod te doen als bedoeld in artikel 24 lid 1 E-wet voor 30 MVA transportcapaciteit voor de invoeding van elektriciteit op het door Enexis beheerde onderstation Kropswolde.
2.8.Enexis heeft navolging gegeven aan het vonnis van 15 juli 2022 en Zonnepark Woudbloem bij brief van 18 augustus 2022 transportcapaciteit met een omvang van 30 MVA op het door Enexis beheerde station Kropswolde aangeboden. Dit aanbod is door Zonnepark Woudbloem aanvaard waarna tussen partijen een transportovereenkomst tot stand is gekomen.
2.9.Tegen het vonnis van 15 juli 2022 heeft Enexis hoger beroep ingesteld. Daarin heeft Enexis inmiddels een memorie van grieven ingediend.
2.10.Zonnepark Woudbloem wil starten met de bouw van het Zonnepark en beschikt sedert 29 juni 2022 over de daarvoor benodigde omgevingsvergunning. Tevens is de SDE-subsidie aan Zonnepark Woudbloem verleend en heeft Zonnepark Woudbloem de financiering ten behoeve van het Zonnepark rond.
2.11.Het enige dat resteert is het verkrijgen van de aansluiting van 30 MVA op onderstation Kropswolde. Zonnepark Woudbloem wil de aansluiting (op grond van artikel 16c E-wet) inclusief de knip (netaansluitpunt in het onderstation Kropswolde) in eigen beheer aanleggen.
2.12.In de E-wet is – voor zover hier van belang – het volgende bepaald:
Artikel 1 lid 1 onder b:
aansluiting: één of meer verbindingen tussen een net en een onroerende zaak als bedoeld in artikel 16, onderdelen a tot en met e, van de Wet waardering onroerende zaken, waaronder begrepen één of meer verbindingen tussen een net dat wordt beheerd door een netbeheerder en een net dat beheerd wordt door een ander dan die netbeheerder en tussen het net op zee en een windpark op zee.
Artikel 16 lid 1 onder e:
De netbeheerder heeft in het kader van het beheer van de netten in het voor hem krachtens artikel 36 of 37 vastgestelde gebied tot taak:
e. op de grondslag van artikel 23 derden te voorzien van een aansluiting op de netten.
Artikel 16c lid 1:
In afwijking van artikel 16, eerste lid, onderdeel e, kan een afnemer die een aansluiting op het net wenst met een aansluitwaarde groter dan 10 MVA met uitzondering van een aansluiting op het net op zee een openbare aanbesteding van de aansluitingswerkzaamheden uitschrijven.
Artikel 16c lid 4:
De afnemer die het verzoek, bedoeld in het eerste lid, doet, verzoekt de netbeheerder die het net beheert om instemming met het realiseren van een aansluiting als bedoeld in het eerste lid. De netbeheerder onthoudt zijn instemming slechts, indien met het verlenen van de gevraagde instemming de betrouwbaarheid van het door hem beheerde net niet langer kan worden gewaarborgd.
Artikel 18 onder b en c:
Het is een ander dan een netbeheerder verboden de op grond van deze wet aan een netbeheerder toegekende taken, anders dan tijdelijke taken als bedoeld in artikel 17a, uit te voeren, met uitzondering van:
de aanleg, de wijziging, het onderhoud of de verwijdering van een aansluiting met een aansluitwaarde groter dan 10 MVA op een net, niet zijnde een net op zee;
de aanleg, de wijziging, het onderhoud of de verwijdering van een aansluiting van een organisatorische eenheid als bedoeld in artikel 1, tweede lid.
Artikel 23, lid 1 en 2:
-
De netbeheerder is verplicht degene die daarom verzoekt te voorzien van een aansluiting op het door hem beheerde net tegen een tarief en tegen andere voorwaarden die in overeenstemming zijn met de paragrafen 5 en 6 van dit hoofdstuk. De netbeheerder verstrekt degene die om een aansluiting op het net verzoekt een gedetailleerde en volledige opgave van de uit te voeren werkzaamheden en de te berekenen kosten van de handelingen, onderscheiden in artikel 28, eerste lid.
-
In afwijking van het eerste lid voorziet de netbeheerder degene die daarom verzoekt, van een aansluiting op het door hem beheerde net die niet past bij de productiecapaciteit van de productie-installatie, indien;
a. die aansluiting volgens de netbeheerder geschikter is met het oog op de belasting van zijn net;
b. die aansluiting geen negatieve gevolgen heeft voor bestaande aansluitingen op zijn net;
c. de mogelijke aansluitcapaciteit in overeenstemming met de aanvrager is; en
d. de kosten niet hoger zijn dan de kosten van een aansluiting die past bij de productiecapaciteit van de productie-installatie.
Artikel 27 lid 1, lid 2 onder d en lid 3
-
Met inachtneming van de in artikel 26b bedoelde regels en hetgeen is gesteld bij of krachtens verordening 2019/943 zenden de gezamenlijke netbeheerders aan de Autoriteit Consument en Markt een voorstel met betrekking tot de door hen jegens afnemers te hanteren tariefstructuren dat de elementen en wijze van berekening beschrijft van het tarief waarvoor afnemers zullen worden aangesloten op een net, van het tarief waarvoor transport van elektriciteit, met inbegrip van de invoer, uitvoer en doorvoer van elektriciteit, ten behoeve van afnemers zal worden uitgevoerd, en de systeemdiensten worden verricht alsmede de energiebalans wordt gehandhaafd en het tarief voor meting van elektriciteit bij afnemers als bedoeld in artikel 95a, eerste lid.
-
In de tariefstructuren wordt in ieder geval opgenomen dat:
d. iedere afnemer recht heeft te worden aangesloten op het dichtstbijzijnde punt in het net met een bij zijn aansluiting behorend spanningsniveau, met dien verstande dat een afnemer die een aansluiting op het net wenst met een aansluitwaarde groter dan 10 MVA, wordt aangesloten op het dichtstbijzijnde punt in het net waar voldoende netcapaciteit beschikbaar is;
3. De tarieven die de netbeheerder van het landelijk hoogspanningsnet in rekening brengt voor de handhaving van de energiebalans zijn objectief, transparant, niet-discriminatoir en weerspiegelen de kosten.
Artikel 28
Het tarief waarvoor afnemers zullen worden aangesloten op een net heeft uitsluitend betrekking op:
a. het verbreken van het net van de desbetreffende netbeheerder om een fysieke verbinding van de installatie van een afnemer met dat net tot stand te brengen,
b. het installeren van voorzieningen om het net van de desbetreffende netbeheerder te beveiligen en beveiligd te houden en
c. het tot stand brengen en in stand houden van een verbinding tussen de plaats waar het net verbroken is en de voorzieningen om het net te beveiligen.
In de Netcode Elektriciteit (hierna: Netcode) is – voor zover hier van belang – het volgende bepaald:
Artikel 2.39 lid 1:
Indien aansluitingswerkzaamheden ten behoeve van een aansluiting als bedoeld in artikel 16c van de Elektriciteitswet 1998 in opdracht van de aangeslotene worden uitgevoerd door een ander dan de netbeheerder, dient voorafgaand aan de uitvoering van deze aansluitingswerkzaamheden een overeenkomst te zijn gesloten tussen de aangeslotene en de netbeheerder.
Artikel 2.39 lid 3
In de overeenkomst wordt voor de openbaar aan te besteden aansluitingswerkzaamheden in elk geval datgene geregeld dat noodzakelijk is voor de waarborging van de veiligheid en betrouwbaarheid van het net.
In de Tarievencode Elektriciteit is – voorzover hier van belang – het volgende bepaald:
Artikel 2.3.2a
Het eenmalige aansluittarief bestaat uit een bedrag dat is opgebouwd uit een vast bedrag voor de verbreking van het net van de desbetreffende netbeheerder om een fysieke verbinding van de installatie van een aangeslotene met dat net tot stand te brengen (de knip), een vast bedrag voor het installeren van voorzieningen om het net van de desbetreffende netbeheerder te beveiligen en beveiligd te houden (de beveiliging) en een vast bedrag voor het tot stand brengen van een verbinding met een maximale kabellengte van 25 meter tussen de plaats waar het net verbroken is en de voorzieningen om het net te beveiligen (de verbinding), aangevuld met een bedrag per meter voor elke meter meer dan die 25 meter.
Reeds vóór het vonnis van 15 juli 2022, bij brief van 2 juli 2021, heeft Zonnepark Woudbloem Enexis laten weten dat zij, vanwege het uitblijven van de eerder door haar aangevraagde offerte voor een aansluiting van 30 MVA op het station Kropswolde, er voor heeft gekozen om die aansluiting op voet van artikel 16c E-wet in eigen beheer aan te (laten) leggen en dat dit zowel de knip, de beveiligingsvoorzieningen van de aansluiting bij het
(8 kilometer verderop gelegenn
vide de brief van Enexis van 4 november 2022, p. 4 onderdeel 5
) zonnepark/inkoopstation alsook de verbinding daartussen (aansluitkabel) omvat.
2.16.Op 22 augustus 2022 heeft Enexis Zonnepark Woudbloem een offerte doen toekomen voor een knip met daarbij gevoegd technische voorwaarden voor het deel van de aansluiting dat zelf wordt aangelegd en waaraan Zonnepark Woudbloem zich als zelflegger zal moeten houden. In de offerte kondigt Enexis aan dat zij zelf zal zorgdragen voor de knip, hetgeen op een later moment ook zo door Enexis is uitgevoerd.
2.17.De offerte van Enexis omvat onder meer de volgende voorwaardenn
Vindplaatsen in de offerte zijn genoemd in de voetnoten bij randnummer 22 van de dagvaarding
:
-
Enexis bepaalt het aantal benodigde verbindingen en het spanningsniveau van de verbindingen
-
Zonnepark Woudbloem is verplicht alle gevestigde rechten met betrekking tot de aansluitleiding, zoals zakelijke rechten, lig- en legrechten, vergunningen, garanties (in het verfvolg aangeduid als de ‘Zakelijke Rechten’) over te dragen aan Enexis
-
Zonnepark Woudbloem is verplicht na aanleg de juridische eigendom van de aansluitverbindingen over te dragen aan Enexis.
2.18.Op 20 september 2022 heeft Zonnepark Woudbloem Enexis medegedeeld dat zij niet instemt met de offerte omdat deze niet aansluit bij hetgeen zij heeft verzocht en dat de voorwaarden met betrekking tot de overdracht van de Zakelijke Rechten en de juridische eigendom van de aansluitverbindingen niet in overeenstemming is met de toepasselijke wetgeving. In haar brief maakt Zonnepark Woudbloem bezwaar tegen de aangekondigde realisatie van de knip door Enexis; Zonnepark Woudbloem wenst dit zelf te (doen) realiseren in het kader van haar zelfrealisatierecht op grond van artikel 16c E-wet.
Met betrekking tot de technische voorwaarden in de offerte merkt Zonnepark Woudbloem in haar brief het volgende op:
“Voor Zonnepark kan het vanuit een oogpunt van beperking van netverliezen over de aansluiting wenselijk zijn met het zonnepark elektriciteit op de aansluiting in te voeden op 20 kV. Het transport van elektriciteit over de aansluiting vindt dan plaats op 20 kV. Nabij het Station Kropswolde zal in dat geval door Zonnepark een 20/10 kV transformator met een beveilingsvoorziening worden geplaatst. Met de transformator kan dan op 10 kV elektriciteit worden ingevoed op het Station Kropswolde.
Wij verzoeken Enexis in de nieuw uit te brengen offerte voor een aansluiting van 30 MVA op Station Kropswolde een optie op te nemen voor invoeding van elektriciteit op 20 kV vanaf het zonnepark, waarbij nabij het Station Kropswolde een 20/10 kV transformator met een (extra) schakelaar kan worden geplaatst waarmee de elektriciteit afkomstig vanuit de aansluiting op 10 kV niveau door Zonnepark kan worden ingevoed op het 10 kV niveau op het Station Kropswolde”.
Bij brief van 4 oktober 2022 heeft Enexis hierop gereageerd. In deze brief meldt Enexis dat zij de knip op station Kropswolde intussen zelf heeft gerealiseerd.
Naar aanleiding van het verzoek van Zonnepark Woudbloem om in de offerte een extra 20/10 KV transformator in de aansluitleiding op te nemen schrijft Enexis:
2. Verzoek om een aansluitwijze op 20 KV met een trafo op de aansluiting van 20/10 kV
Woudbloem verzoekt ‘vanwege het beperken van netverliezen aansluiting op 20 KV’ en wenst daarom een 20/10 kV trafo bij station Kropswolde, zodat ze daarmee op 20 kV kan invoeden en dan bij het netstation een 10/20 kV trafo kan verkrijgen dat zou moeten zorg dragen voor het omzetten bij netstation Kropswolde.
Allereerst geldt hier het volgende:
1. Het staat de klant vrij om een aansluiting te verkiezen op en door hem gewenst “spanningsniveau” ex artikel 27 E-wet. Dat spanningsniveau ziet evenwel op een bepaald netvlak, bij voorbeeld een MST of een MS-D. Die keuze wordt bepaald door de bijbehorende tarieven. Die verschillende Tarief categorieën zijn per netbeheerder uitgewerkt in een categorie-indeling, te zien als bijlagen bij de Tarievencode, met een specifiek Tarieven blad voor elke netbeheerder.
Het staat de klant niet vrij om te kiezen voor een 10 of 20 kV net. De netbeheerder bewaakt de kwaliteit van het net en zal in het ene geval 10 kV hanteren, in het andere geval 20 kV. Dat heeft van doen met de nettypologie en niet met een door de klant te kiezen spanning. De spanningskwaliteit wordt geregeld in andere bepalingen van de Netcode, maar zijn niet gerelateerd aan de keuze van de klant maar behoort als een exclusieve taak tot de netbeheerder met navenante afwegingen.
2. Het beperken van het netverlies door te kiezen voor een verbinding met een 20kV kabel is onzinnig.
Voor zover er meer netverlies is, is dat op een aansluiting die deel uitmaakt van het net. Netverliezen komen dan ook voor rekening van de netbeheerder. Als er al een verschil zou zijn, waarbij de klant nadeel zou ervaren dan treedt dat alleen op als de meting van de te transporteren MW’s zit op de locatie waar achter het netverlies voor de klant is. De meting is evenwel op het overdrachtspunt op het perceel van de klant waar hij zijn zonnepanelen heeft. Bij invoeding is dat niet anders. De klant wordt afgerekend op zijn meting, niet op de locatie waar de opgewekte vermogens het station Kropswolde binnen stromen.
3. De noodzaak van de 20/10 kV trafo wordt opgevoerd om “netverliezen te beperken”, terwijl dit geen
belang is van de afnemer. Op basis van artikel 16c E-wet bestaat de mogelijkheid tot het aanbesteden van de aansluiting. Een 20/10 kV trafo als onderdeel in een aansluiting hoort daar niet bij. Enexis kan dan ook niet
akkoord gaan met dat verzoek”.
2.21.Naar aanleiding van deze brief heeft Zonnepark Woudbloem bij brief van 21 oktober verzocht om een overeenkomst (offerte) voor de – inmiddels feitelijk door Enexis gerealiseerde – knip op station Kropswolde. Verder heeft zij opnieuw onder de aandacht gebracht welke onderdelen van de aansluiting zij nog steeds in eigen beheer wenst uit te (doen) voeren, waaronder een 20 kV verbinding, een 20/10 kV transformator en een (extra) 10 kV schakelaar (hierna verder ook aangeduid als de Componenten). Zonnepark Woudbloem wijst er op dat haar keuze voor deze Componenten een kostenbesparing oplevert van € 650.000,- en dat artikel 16c E-wet haar uitdrukkelijk de vrijheid laat zelf het technische ontwerp van de aansluiting, waaronder materiaalkeuze, te bepalen mits de veiligheid en betrouwbaarheid van het openbare net daarmee niet in gevaar komt. Enexis wordt verzocht om tegelijk met een offerte voor de knip de technische voorwaarden aan te passen, toegespitst op de in te bouwen componenten, zodat zij die technische voorwaarden kan betrekken bij het opstellen van het technisch ontwerp van de aansluiting.
Bij brief van 4 november 2022 heeft Enexis Zonnepark Woudbloem medegedeeld dat het oorspronkelijke aanbod uit de offerte d.d. 18 augustus 2022 tezamen met haar
brief d.d. 4 november 2022 geldt als een nieuw aanbod in de zin van artikel 23 E-wet. In deze brief heeft Enexis met zoveel woorden aangegeven dat zij geen instemming in de zin van artikel 16c lid 4 E-wet verleent ten aanzien van de door Zonnepark Woudbloem gewenste aansluiting met daarin opgenomen de door haar genoemde Componenten.
Tevens heeft Enexis aangegeven geen overeenkomst op grond van artikel 2.39 Netcode Elektriciteit te sluiten met Zonnepark Woudbloem t.a.v. het in eigen beheer laten realiseren van de aansluiting inclusief de Componenten.
2.23.Op 17 november 2022 heeft Zonnepark Woudbloem Enexis medegedeeld niet akkoord te gaan met het door Enexis uitgebrachte aanbod.
2.24.Op 31 januari 2023 heeft Enexis Zonnepark Woudbloem (onder meer) gevraagd om een bestek/technisch ontwerp voor de voorgenomen aansluiting, een specificatie van de Componenten die Zonnepark Woudbloem in de aansluiting wil verwerken alsook toelichting op de beweegredenen van Zonnepark Woudbloem om het compactstation (met Componenten) vóór (als onderdeel van de aansluiting) en niet achter de beveiliging (en dus achter de aansluiting) te plaatsen.
2.25.Zonnepark Woudbloem heeft niet meer op dit verzoek van Enexis gereageerd. Ter zitting heeft Zonnepark Woudbloem desgevraagd verklaard dat het haar aan tijd had ontbroken en dat de vragen beantwoord zullen worden in het nog te maken technisch bestek.
3.1.Zonnepark Woudbloem vordert samengevat – bij wijze van voorlopige voorziening, op straffe van een dwangsom en uitvoerbaar bij voorraad:
-
Enexis te bevelen aan Zonnepark Woudbloem op de grondslag van artikel 23 lid 1 E-wet een aanbod te doen voor het beschikbaar stellen en houden van een knip met drie 10 kV velden op station Kropswolde;
-
Enexis te bevelen aan Zonnepark Woudbloem op de grondslag van artikel 23 lid 1 E-wet een aanbod te doen waarin is opgenomen dat het Zonnepark Woudbloem is toegestaan dat zij in de door haar in eigen beheer te laten realiseren aansluiting, met uitzondering van de knip, op station Kropswolde de Componenten mag inbouwen en gebruiken;
-
Enexis te bevelen dat zij aan het uit te brengen aanbod als gevorderd onder 1 en/of onder 2 niet de voorwaarde verbindt tot het verplicht overdragen van de zakelijke rechten met betrekking tot de aansluitleiding;
-
Enexis te bevelen dat zij niet haar instemming (ex artikel 16c lid 4 E-wet) mag onthouden in verband met de in te bouwen Componenten in de door Zonnepark Woudbloem in eigen beheer aan te laten leggen aansluiting (met uitzondering van de knip);
-
Enexis te veroordelen in de proceskosten (tevens buitengerechtelijke kosten), te vermeerderen met de wettelijke rente hierover.
3.2.Zonnepark Woudbloem legt aan haar vorderingen het volgende ten grondslag.
Door geen medewerking te verlenen aan de door Zonnepark Woudbloem
gewenste aansluiting (inclusief de Componenten) handelt Enexis in strijd met de E-wet en daarmee onrechtmatig jegens Zonnepark Woudbloem. Met de beoogde aansluiting in eigen beheer (inclusief de Componenten) kan Zonnepark Woudbloem namelijk een kostenvoordeel realiseren van ca. € 650.000,-.
3.2.2.Op grond van de artikelen 16c en 23 E-wet rust op Enexis jegens Zonnepark Woudbloem een medewerkingsplicht. Enexis mag de kostenvoordelen die Zonnepark Woudbloem kan behalen met de eigen aanleg van de aansluiting niet onthouden door medewerking/instemming te weigeren.
Uit artikel 16c E-wet volgt dat Zonnepark Woudbloem de door haar gewenste aansluitconfiguratie van de door haar te realiseren aansluiting bepaalt. Op basis van een voorgelegd ontwerp van de aansluitconfiguratie is het de taak van Enexis ingevolge artikel 16c lid 4 E-wet te toetsen of de voorgelegde aansluitconfiguratie voldoet aan de eisen van netintegriteit (veiligheid/betrouwbaarheid net).
De netbeheerder mag zijn instemming met het in eigen beheer realiseren van de beoogde aansluiting uitsluitend weigeren indien de netintegriteit in gevaar komt. De aan Enexis toekomende bevoegdheid tot het weigeren toestemming te verlenen vanwege netintegriteit dient restrictief te worden uitgelegd en toegepast.
3.2.4.De weigering van Enexis in te stemmen met de gewenste aansluitconfiguratie waarbij in de aansluiting van een 20 kV kabel, 20/10 kV transformator en 10 kV schakelaar is opgenomen is niet gebaseerd op een gevaar voor de netintegriteit, maar op het juridische argument dat in een aansluiting (ex artikel 1 lid 1 onderdeel b E-wet) slechts verbindingen, d.w.z. kabels, mogen zijn opgenomen. Artikel 1 lid 1 onderdeel b van de E-wet verbiedt echter niet dat in een aansluiting ook apparatuur, zoals een 10 kV schakelaar of een transformator, kan worden opgenomen. Het is Enexis niet toegestaan, onder verwijzing naar artikel 1 lid 1 onderdeel b E-wet haar instemming aan de gewenste aansluitconfiguratie te onthouden.
3.2.5.Zonnepark Woudbloem heeft een spoedeisend belang om op korte termijn het zonnepark in bedrijf te kunnen nemen. Het streven is om het park operationeel te hebben begin 2024.
3.3.Enexis voert gemotiveerd verweer dat als volgt kan worden samengevat:
De vorderingen van Zonnepark Woudbloem zijn niet geschikt om in kort geding te
worden beslist. Zonnepark Woudbloem heeft niet concreet gemaakt hoe de
aansluiting die zij wenst te realiseren er precies uit komt te zien. Partijen hebben tot
op heden slechts op conceptueel niveau over het ontwerp van de aansluiting
gecorrespondeerd. Er is door Zonnepark Woudbloem geen technisch bestek of
specificaties van de betreffende componenten aan Enexis voorgelegd. Enexis heeft bij brief van 31 januari 2023 verzocht om meer informatie over het ontwerp van de aansluiting maar Woudbloem heeft daar niet op gereageerd.
3.3.2.Het spoedeisend belang bij de vorderingen van Woudbloem ontbreekt.
3.3.3.Enexis mag haar instemming onthouden omdat de door Zonnepark Woudbloem gewenste extra componenten geen onderdeel kunnen zijn van de aansluiting. Het wettelijke kader en de door Enexis te waarborgen veiligheid en betrouwbaarheid van het net staan niet toe dat Zonnepark Woudbloem naar eigen inzicht “componenten” toevoegt aan de aansluiting. Nergens in het door Enexis beheerde netwerk zijn de voorgestelde Componenten onderdeel van een aansluiting. Uitvoering van het plan van Zonnepark Woudbloem zou een unieke aansluiting opleveren in het door Enexis beheerde netwerk.
Het staat Zonnepark Woudbloem vrij om de Componenten toe te passen om kosten te besparen, maar dat kan ook achter de aansluiting zodat het in de eigen risicosfeer van Zonnepark Woudbloem blijft. Dit kan zonder enige technische aanpassingen aan het plan van Zonnepark Woudbloem. Zonnepark Woudbloem kan haar plan dan zonder medewerking van Enexis uitvoeren. Het enige verschil is dat de “Componenten” dan géén onderdeel worden van de aansluiting. De aansluiting wordt dan gevormd door de verbinding tussen station Kropswolde en het WOZ-object waar Woudbloem haar compact-station met
transformator en de schakelaar zal plaatsen. Dat kan nabij het inkoopstation (dus nabij het zonnepark) maar ook nabij onderstation Kropswolde.
3.4.Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.
Zonnepark Woudbloem heeft – anders dan Enexis heeft betoogd – een voldoende spoedeisend belang bij haar gevraagde voorziening. Met betrekking tot het zonnepark staan Zonnepark Woudbloem de voor aanleg benodigde vergunningen, subsidies en financieringen ter beschikking; de gevraagde transportcapaciteit is door Enexis toegezegd en ook de van de aansluiting deel uitmakende knip is inmiddels feitelijk (technisch) ook al door Enexis gerealiseerd in het station Kropswolde.
Zonnepark Woudbloem heeft daarmee naar het oordeel van de voorzieningenrechter een voldoende spoedeisend belang om op korte termijn duidelijkheid te verkrijgen omtrent de voorwaarden waaronder zij in eigen beheer een aansluiting mag realiseren alvorens een aanvang te maken met het daadwerkelijk realiseren van het park, nu die aansluiting immers onontbeerlijk is voor het in exploitatie kunnen nemen van het zonnepark.
4.2.Op grond van artikel 16 lid 1 sub e E-wet is aan de netbeheerder, in dit geval aan Enexis, de taak opgedragen om aansluitingen op het net tot stand te brengen.
4.3.Tussen partijen is niet in geschil dat Zonnepark Woudbloem – als afnemer die een aansluiting wenst met een aansluitwaarde groter dan 10 MVA – deze aansluiting zelf mag (laten) realiseren op basis van een openbare aanbesteding), mits deze ook overigens past binnen de vereisten van artikel 16c E-wet en de artikelen 2.39 leden 1 en 3 van de Netcode.
4.4.Tussen partijen is evenmin in geschil dat het zelfrealisatierecht van artikel 16c E-wet in de wet is opgenomen met oog op de bevordering van een marktconforme prijs voor het maken van deze aansluiting en dat dit bijdraagt aan een doelmatige en kosteneffectieve energievoorziening, waarbij de betrouwbaarheid van het net wordt gegarandeerd via het in lid 4 opgenomen instemmingsvereiste van de netbeheerder voor de door derden te verrichten werkzaamhedenn
Zie Besluit NMA van 12 augustus 2010, randnummer 78, door Zonnepark Woudbloem, overgelegd als prod. 17 bij dagvaarding
.
4.5.Enexis stelt zich op het standpunt (onder verwijzing naar de Tarievencode) dat een aansluiting limitatief bestaat uit knip, verbinding en beveiliging en dat de Componenten daarvan geen onderdeel uitmaken. Bovendien worden door de toevoeging van Componenten extra risico’s ten aanzien van de betrouwbaarheid, veiligheid en stabiliteit van de aansluiting en daarmee het net toegevoegd, aldus Enexis. Voorts wordt Enexis – als door de wet aangewezen beheerder van het netwerk (waarvan de aansluiting onderdeel uitmaakt) – belast met het onderhoud maar ook het risico van schade vanwege (ver)storingen in het netwerk.
4.6.Zonnepark Woudbloem daarentegen stelt zich op het standpunt dat de gewenste extra Componenten wel deel mogen uitmaken van de verbinding tussen het opwekpunt en Station Kropswolde. Zonnepark Woudbloem heeft in dit verband onder meer verwezen naar de uitspraak van het College van Beroep voor het Bedrijfsleven van 17 juni 2008n
Uitspraak CBB van 17 juni 2008 (ECLI:CBB:2008:BD5973)
.
4.7.Gelet op het vorenstaande ligt de vraag in kort geding voor of Enexis op goede gronden geen aanbod wil doen aan Zonnepark Woudbloem voor een aansluiting met daarin opgenomen de Componenten en haar instemming ex artikel 16c lid 4 E-wet onthoudt voor de door Zonnepark Woudbloem voorgestane technische inrichting van de aansluiting.
4.8.Voor beantwoording hiervan ziet de voorzieningenrechter zich geplaatst voor de vraag of onder het begrip aansluiting ook moet worden begrepen de Componenten die Zonnepark Woudbloem in de aansluiting wil verwerken.
4.9.Dienaangaande overweegt de voorzieningenrechter als volgt.
De definitie van de wettelijke term ‘aansluiting’ in de E-wet (artikel 1 lid 1 sub b) geeft naar het oordeel van de voorzieningenrechter geen inhoudelijk bruikbaar criterium met betrekking tot de vraag wat onder dat begrip moet worden verstaan. Partijen verstaan (mede op basis van de Tarievencode) hieronder een i) netaansluitpunt (de knip);
ii) beveiligingsvoorzieningen bestemd om het openbare net van de netbeheerder te beschermen tegen verstoringen vanuit de installatie van een afnemer en iii) de verbinding daartussenn
Artikel 28 E-wet, dat handelt over het tarief waarvoor afnemers door de netbeheerder zullen worden aangesloten, sluit hier op aan
. De voorzieningenrechter neemt dit als uitgangspunt.
4.11.De voorzieningenrechter is met Enexis van oordeel dat de door Zonnepark Woudbloem aangehaalde overweging uit de uitspraak van het CBB van 17 juni 2008 niet met zich brengt dat een zelflegger zonder meer en geheel naar eigen inzichten en voorkeuren componenten kan toevoegen aan de aansluiting. Die uitspraak geeft slechts antwoord op de vraag of ook de knip (het netaansluitpunt) onderdeel uitmaakt van de verbinding als bedoeld in artikel 28 lid 1 aanhef en sub c E-wet (en of de netbeheerder daarvoor (dus) kosten in rekening mag brengen op grond van de Tarievencode). Dat het CBB in dat kader tevens heeft overwogenn
Zie r.o. 6.5 CBB 17 juni 2008
dat het begrip ‘verbinding’ in de E-wet niet nader is gedefinieerd en dat het wél gedefinieerde begrip ‘aansluiting’ niet uitsluit dat ook andere onderdelen dan kabels en leidingen deel kunnen uitmaken van een verbinding dwingt naar het oordeel van de voorzieningenrechter op zichzelf nog niet tot de conclusie dat de netbeheerder daarmee dus – in het kader van zijn aansluit-/ c.q. medewerkingsplicht ex artikel 16c E-wet – gehouden is om mee te werken aan c.q. in te stemmen met het – door een zelfbouwer – realiseren van een aansluiting waarin componenten zijn opgenomen die (functioneel bezien) niet nodig zijn voor het tot stand brengen en in stand houden van een verbinding tussen de plaats waar het net verbroken is en de voorzieningen om het net te beveiligen respectievelijk om het openbare net van de netbeheerder te beschermen/beveiligen tegen verstoringen vanuit de installatie van de afnemer. Dit zou namelijk betekenen dat Enexis in het kader van de aansluitplicht ook gehouden zou zijn om mee te werken aan het door de zelfbouwer realiseren van een aansluiting waarin componenten zijn opgenomen die – zoals in het onderhavige geval – uitsluitend verband houden met de wens van de afnemer om kosten te besparen die direct voortvloeien uit (commerciële) keuzes die deze heeft gemaakt ten aanzien van de locatie en dimensionering van het geplande zonnepark. Een aldus opgevatte aansluitverplichting vloeit naar het voorlopig oordeel van de voorzieningenrechter niet uit de wet voort. Hij licht dit als volgt toe.
4.12.Op Enexis rust als netbeheerder de wettelijke plicht netwerkverbindingen tot stand te brengen die veilig en betrouwbaar zijn.
De besparingen/voordelen die Zonnepark Woudbloem verwacht te kunnen realiseren door het toepassen van de componenten bij het tot stand brengen van de aansluiting hangen direct samen met (1) de afstand tussen haar inkoopstation nabij de Kooiweg in Slochteren en het dichtstbijzijnden
Zie artikel 27 lid 2 sub d E-wet
(door Enexis beheerde) station Kropswolde en (2) de omvang (en daarmee het opwekkend vermogen) van het door haar ontworpen zonnepark, ten aanzien waarvan Enexis op grond van de wet gehouden was om haar transportcapaciteit aan te bieden op station Kropswolde. Naar de voorzieningenrechter heeft begrepen kan in het door Zonnepark Woudbloem voorgestane ontwerp volstaan worden met een enkele stroomkabel tussen haar inkoopstation en station Kropswolde, waarbij vervolgens in of nabij station Kropswolde een transformator nodig is om de aangevoerde stroom in te kunnen voeden op de aldaar beschikbare 10kV aansluiting; bij naleving van de door Enexis in haar offerte gestelde voorwaarden zijn voor dat transport tussen inkoopstation en Kropswolde drie kabels nodig.
Zowel de locatie alsook de dimensionering van het opwekkend vermogen van het zonnepark betreft evenwel louter commerciële keuzes van Zonnepark Woudbloem. De voorzieningenrechter is van oordeel dat Enexis op grond van haar wettelijke aansluitverplichting ingevolge art. 23 jo 16c E-wet niet gehouden is om mee te werken aan het tot stand brengen – en aansluitend krachtens haar wettelijke taak in beheer nemen – van een aansluiting waarin componenten zijn opgenomen die louter dienen om de financiële gevolgen van door de afnemer gemaakte commerciële keuzes te matigen doch die niet functioneel noodzakelijk zijn met het oog op “het installeren van voorzieningen om het net van de netbeheerder te beveiligen en beveiligd te houden” noch voor “het tot stand te brengen en in stand te houden van een verbinding tussen de plaats waar het net verbroken is en de voorzieningen om het net te beveiligen”n
Artikel 28 lid 1 sub b en c E-wet
, uitgaande van de technische configuratie zoals die feitelijk bestaat op het station Kropswolde (en die geschikt is om een drietal verbindingen van 10 Kv te realiseren).
4.13.Dit geldt eens te meer nu Zonnepark Woudbloem ook niet, althans onvoldoende gemotiveerd de stelling van Enexis heeft weersproken dat Zonnepark Woudbloem voor het realiseren van die – met toepassing van de componenten – nagestreefde voordelen ook helemaal niet is aangewezen op de aansluiting (en dus de medewerking) van Enexis, omdat zij deze componenten immers ook heel wel in haar eigen netwerk (‘achter de aansluiting’) kan toepassen en waardoor deze geen onderdeel gaan uitmaken van het netwerk waarvan het beheer in de E-wet aan Enexis is opgedragen en waarvoor Enexis dan evenmin de (aansprakelijkheids-) risico’s draagt in verband met schades vanwege (ver)storingen en herstel. De lusten én de lasten van de componenten zijn dan voor Zonnepark Woudbloem.
4.14.Zonnepark Woudbloem heeft verder nog aangevoerd dat toepassing van de componenten het netwerk veiliger maken dan wanneer de toepassing daarvan achterwege zou blijven. Daargelaten dat die bewering niet toetsbaar is vanwege het feit dat Zonnepark Woudbloem geen enkel inzicht heeft geboden in de technische specificaties van de componenten die zij wenst toe te passen gaat Zonnepark Woudbloem ten onrechte aan de wetmatigheid voorbij dat in beginsel elke component die aan een technische installatie wordt toegevoegd leidt tot een toename van het risico op (ver)storingen in de installatie als geheel vanwege het inherent aan iedere component verbonden risico van (ver)storingen.
Het kan zo zijn dat toevoeging van een component – ondanks het inherent daaraan verbonden faalrisico – per saldo leidt tot een afname van het faalrisico van de installatie als geheel, maar dat dit ook geldt voor de Componenten valt – bij gebreke van technische specificaties en gezien de aard van de Componenten – niet (zonder meer) aan te nemen.
Ten aanzien van componenten die noodzakelijk zijn met het oog op de beveiliging van het netwerk en het waarborgen van de stabiliteit en integriteit van het door Enexis beheerde netwerk als geheel is een netto toename van het storingsrisico onvermijdelijk en aanvaardbaar, gelet op het met toepassing van deze componenten beoogde functionele doel binnen de aansluiting; ten aanzien van componenten die louter kostenbesparingen voor de afnemer beogen geldt dat naar het oordeel van de voorzieningenrechter evenwel nadrukkelijk niet.
4.15.Daar komt verder nog bij dat onweersproken door Enexis is gesteld dat op dit moment nergens in het door haar beheerde netwerk vergelijkbare componenten onderdeel uitmaken van de aansluiting en dat daarmee dus ook niet kan worden teruggevallen op ervaringen met bewezen technieken uit het verleden. Zonnepark Woudbloem heeft wel gesteld dat de Componenten elders worden toegepast in aansluitingen maar heeft verzuimd om die bewering verder te concretiseren, zodat hieraan wordt voorbijgegaan.
4.16.Los van het voorgaande zijn de vorderingen van Zonnepark Woudbloem vanwege het ontbreken van een specifieke en gedetailleerde opgave van de componenten die zij in de beoogde aansluiting wenst toe te passen niet toewijsbaar. De onduidelijkheid omtrent de technische specificaties kwam pregnant tot uitdrukking tijdens de mondelinge behandeling waar een discussie ontstond over de technische specificaties van de componenten (waaronder de dimensionering van het leidingenwerk en het compact-station) en over de technische (on)mogelijkheden, beperkingen en risico’s die aan de (vermeend kostensparende) componentenconfiguratie zouden zijn verbonden. Nu ook ter zitting geen duidelijkheid werd geboden over de technische specificaties, ondanks het feit dat Enexis daarom nog heeft verzocht in haar brief van 31 januari 2023, is de vordering van Zonnepark Woudbloem om Enexis te gebieden mee te werken aan c.q. in te stemmen met een door Zonnepark Woudbloem in eigen beheer te realiseren aansluiting waarbij zij de gewenste componenten mag inbouwen en gebruiken en dat Enexis op die basis ook een aanbod moet doen voor het beschikbaar stellen en houden van een knip met drie 10 kV op station Kropswolde veel te ruim geformuleerd en daarom niet toewijsbaar. Toewijzing ervan zou Enexis feitelijk beroven van haar wettelijke taak en bevoegdheid om met het oog op handhaving van de betrouwbaarheid en integriteit van het door haar beheerde net het technisch ontwerp voor de aansluiting te toetsen met het oog op haar voor realisatie daarvan ingevolge artikel 16c lid 4 E-wet benodigde instemming. Enexis spreekt in dit verband terecht over afgifte van een “carte blanche”n
Pleitnota Enexis, randnummer 11
indien deze vordering van Zonnepark Woudbloem zou worden toegewezen.
4.17.Bij deze stand van zaken valt voorshands niet, althans niet met een voldoende mate van zekerheid aan te nemen dat een bodemrechter tot een toewijzing van de vordering onder 2. en 4. zal komen; deze moeten daarom worden afgewezen.
4.18.Ter zitting heeft Enexis toegezegd dat de door haar tot stand gebrachte knip ten behoeve van de door Zonnepark Woudbloem in eigen beheer nog te realiseren aansluiting voorlopig beschikbaar blijft, zodat voorshands een (voldoende spoedeisend) belang bij het onder 1. gevorderde bevel ontbreekt en ook deze vordering moet worden afgewezen. Nu de vordering onder 3. gekoppeld is aan die onder 1. en 2. dient, met de afwijzing van de laatstgenoemde, ook deze vordering te worden afgewezen. De onder 5. gevorderde dwangsommen deelt in de lotgevallen van de afgewezen hoofdveroordelingen.
4.19.Zonnepark Woudbloem zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van Enexis worden begroot op:
– griffierecht€ 676,00
– overige kosten 0,00
– salaris advocaat1.618,00
Totaal€ 2.294,00
De voorzieningenrechter
5.1.wijst de vorderingen af,
5.2.veroordeelt Zonnepark Woudbloem in de proceskosten, aan de zijde van Enexis tot op heden begroot op € 2.294,00,
5.3.verklaart dit vonnis wat betreft de kostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. W. Schoorlemmer en in het openbaar uitgesproken op 24 maart 2023.
Author: Prof. Nancy Dach
Last Updated: 17/05/2023
Views: 5504
Rating: 4.7 / 5 (57 voted)
Reviews: 80% of readers found this page helpful
Name: Prof. Nancy Dach
Birthday: 1993-08-23
Address: 569 Waelchi Ports, South Blainebury, LA 11589
Phone: +9958996486049
Job: Sales Manager
Hobby: Web surfing, Scuba diving, Mountaineering, Writing, Sailing, Dance, Blacksmithing
Introduction: My name is Prof. Nancy Dach, I am a lively, joyous, courageous, lovely, tender, charming, open person who loves writing and wants to share my knowledge and understanding with you.
© 2023 Loxyle. All Rights Reserved.